Safari nummer 2: Op chimpanseejacht, menselijk leeuwenvoer & wurgslangen

14 april 2017 - Nationaal park Queen Elizabeth, Oeganda

Zaterdagochtend was het dan zover: onze tweede safari! Ja we kunnen geen genoeg krijgen van wilde beestjes spotten ;) Na een heerlijk ontbijtje met zoete, droge witte boterhammen bij de zusters, vertrokken we met Walter en Janet naar Queen Elisabeth National Park. We hadden nogal veel bekijks toen Walter aankwam op het terrein van het ziekenhuis in Ibanda met zijn felrode safariauto, zeker toen Janet nadien achter het stuur kroop (een jonge vrouw achter het stuur van zo een grote auto?!). Over de Afrikaanse wegen hobbelden we richting Kasese. Het werd een gezellige rit met veel gebabbel en we lieten Walter en Janet kennismaken met de Nederlandse en Belgische muziek. Hun mening: Bazart heeft een goeie beat en Marco Borsato klinkt net als Coldplay ;) In Kasese stopten we voor onze lunch, waar we de plaatselijke specialiteit, talapia, hebben gegeten. We moesten er bijna twee uur op wachten, maar de vis was heerlijk! We hebben deze dan ook op de Oegandese manier opgegeten: met onze handen J Kasese is één van de heetste plekken waar we al geweest waren, beetje jammer dat we vandaag net een lange broek aan hadden getrokken, Walter vond wel dat we heel deftig gekleed waren voor toeristen ;)

Na de lunch maakten we eerst een prachtige tocht door de bergen in het park, waar we een adembenemend uizicht hadden over de kratermeren. De natuur in Queen is heel gevarieerd! Nadien begonnen we aan onze safari. De beesten zijn hier veel moeilijker te spotten dan in Murchinson. Walter stelde daarom voor  op het dak van zijn auto te gaan zitten om een beter overzicht te hebben over het park. Dit werd de schrik van ons leven. De weg zat vol putten en laten we het erop houden dat Walter nogal een vlotte rijstijl heeft… Echt geloof ons, deze rit was 10000x erger dan een ritje in een achtbaan. Een paar keer vreesden we dan ook dat er de volgende dag een krantenartikel zou uitkomen met als kop “Twee studentes komen om door val van safariauto in Oeganda”. Het uitzicht van bovenop de auto was wel prachtig. We kwamen heel dicht bij de olifanten, wat ook even voor een lichte hartverzakking zorgde toen mister olifant toch lichtelijk geïrriteerd werd en op ons af stormde… We genoten onderweg van de natuur en van de beestjes tot er plots een enorme stank onze neus binnendrong. Het bleek een dood nijlpaard te zijn dat op het water dreef, best indrukwekkend. Tijdens onze avond gamedrive zagen we plots wat oortjes boven het hoge gras uitsteken. Na wat onderhandeld te hebben met de bewaker van het park, mochten we dichterbij en gingen we de leeuwen achterna terwijl we bovenop het dak van de auto zaten. Het werd dus een heel avontuur, waarin we bijna leeuwenvoer werden ;) In ieder geval kwam Walter kwam zijn belofte na: het ging geen saaie of gewone safari worden.

Moe maar voldaan kwamen we aan in de Bush Lodge, één van de beste accommodaties blijkbaar omdat je echt tussen de wilde dieren slaapt. Dat was niet gelogen! Terwijl we genoten van een heerlijke diner, merkte Janet plots op dat er een nijlpaard achter ons stond. We konden er heel dichtbij komen, hoewel deze beesten best gevaarlijk zijn. ’s Nachts moesten we dan ook steeds met een zaklamp naar het toilet, zodat je de nijlpaarden eerst kon verblinden om te voorkomen dat ze je aan zouden vallen. De volgende ochtend zaten we al vroeg (lees 5.30u) aan het ontbijt. Nadat we genoten hadden van de heerlijke cakejes en pannenkoeken gingen we op pad. Het doel van vandaag: luipaarden spotten! Helena en Walter kropen weer op het dak van de auto, om de luipaarden, die zich meestal in de bomen verstoppen, beter te kunnen zien. Denise hield het na ‘de bijna-doodservaring’ van gisteren gezien voor vandaag en nam plaats op de achterbank van de auto. Janet had het ontwijken van putten echter nog niet zo goed onder de knie en dit zorgde weer voor wat schrikmomentjes. Denise controleerde af en toe even of Helena nog leefde en geen luipaardenvoer geworden was. De luipaarden hadden zich helaas goed verstopt, maar plots zagen we wel iets bewegen in de bosjes. Het was een konijntje dat aangevallen werd door een python en stilletjes aan gewurgd werd. Heel boeiend om deze strijd op leven en dood live en van heel dichtbij te zien. Zelfs Walter had dit nog nooit gezien.

Na de ochtend safari gingen we naar een punt waar we een mooi uitzicht hadden over een groot deel van het park. Hier namen we afscheid van Queen National Park en vertrokken we richting het regenwoud om chimpansees te spotten. Eens aangekomen kregen we kort wat uitleg over de tocht en namen we wat koekjes en water mee, want het kon wel eens een lange en lastige tocht worden. Janet en Walter gingen niet mee, achteraf vertelden ze ons pas waarom. Er is blijkbaar helemaal niet zo een grote kans dat je de chimpansees ook daadwerklijk ziet. Goed dat we dit pas achteraf te weten kwamen! Vol goede moed verdwenen we het regenwoud in. Het was heel raar om plots in zo’n vochtig gebied te zijn. Ook de vele rare beestjes maakten het niet beter ;) Na twee uur wandelen hoorden we plots het luide geroep van de chimps. We verlieten dan ook het pad om ze op te zoeken. Helaas waren we het spoor al snel kwijt. Na vier uur ploeteren door de (vleesetende)planten en kriebel insecten hadden we de moed bijna opgegeven, tot we het luide geroep weer hoorden en onze gids plots naar boven wees. Een hele familie chimpansees had zich verzameld hoog in de bomen boven ons. Het was uitzonderlijk dat we er zoveel zagen en de leider van de groep kwam zelfs even naar beneden om ‘hallo’ te zeggen. Als echte biologen hebben we meer dan een uur het gedrag van onze soortgenoten bestudeerd. Bizar hoeveel gelijkenissen ze vertonen met de mens. Toen we het regenwoud verlieten stonden Walter en Janet ons op te wachten met een lekker stuk ananas.

Onze volgende stop was Kasese waar we gingen lunchen. Dit werd echter eerder een avondmaal doordat onze tocht in het regenwoud wat was uitgelopen en het eten weer even op zich liet wachten ;) We waren heel erg moe en besloten dat het wat laat was om nog naar Ibanda te rijden. Walter stelde voor om te overnachten bij een kratermeer in Fort Portal, een stadje op twee uur rijden van Ibanda. Dat leek ons een heel goed idee! We sliepen die nacht in een traditioneel hutje en waren blij dat we ons uitstapje wat konden verlengen. De volgende ochtend aten we pannenkoeken met nutella en banaan, wat heerlijk na die droge, zoete boterhammen met boter bij de zusters! Die dag genoten we wat van de zon en van de aapjes bij het kratermeer en in de namiddag brachten Walter en Janet ons terug naar Ibanda. Hier moesten we helaas afscheid nemen van Walter dan toch, want Janet zou ons twee weken later nog naar Sesse Islands brengen.  Het was een fantastisch en vooral een heel avontuurlijk weekendje!

Time to go back to work….

Tot de volgende keer! Vele groetjes